Op dinsdag 31 oktober 2017 werden onder grote belangstelling 11 Stolpersteine onthult. Onder de aanwezigen bevond zich Karin van Coeverden, kleindochter van David en Schoontje van Coeverden en tantezegger van Betsie van Coeverden. Tevens waren de zusters Veltink uit Hardenberg aanwezig. Bij hun ouders heeft Izak Kan één jaar ondergedoken gezeten. Hij heeft de oorlog overleefd, maar zijn ouders niet. Voor Andries en Jetje Kan werden Stolpersteine gelegd.
Aleida Kramerstraat 18
In de Aleida Kramerstraat is één Stolperstein gelegd voor David Krammer, geboren op 17 april 1930, vermoord 13 februari 1943. David was de zoon van Izaak en Rebecka Krammer-Kropveld en de broer van Aleida Bardina. Voor hen waren Stolpersteine gelegd in 2015.
Bentheimerstraat 54a
In de Bentheimerstraat 54a zijn vier Stolpersteine gelegd voor:
Izak Vos, geboren 20 juli 1894, vermoord 31-03-44 in de Reichsautobahnlager Annaberg Opper-Silezie.
Henriette Vos-Cutzien, geboren 10 februari 1901, vermoord 19 oktober 1942 Auschwitz.
Joseph Vos, geboren 2 april 1927, vermoord 31 maart 1943 ergens in Midden-Europa.
Jeanne Vos, geboren 25 juli 1932, vermoord 19 oktober 1942 Auschwitz.
Izak werd op 20 juli 1942 naar het werkkamp te Vledder gebracht waarna hij in de nacht van 2 op 3 oktober van Vledder naar Westerbork werd getransporteerd. Henriette en haar twee kinderen leden aan dysenterie en mochten daarom op 2 oktober in hun woning blijven om te herstellen. Op 11 oktober 1942 waren ze voldoende hersteld, waarna zij met z’n drieën door de politie per auto naar Westerbork zijn gebracht waarna moeder en dochter gelijk door moesten naar Auschwitz waar zij bij aankomst zijn vermoord.
Sallandsestraat 4
In de Sallandsestraat 4 zijn twee Stolpersteine gelegd voor:
Andries Kan, geboren 26 oktober 1873, vermoord 2 november 1942 Auschwitz.
Jetje Kan-Frank, geboren 20 december 1872, 29 oktober 1942 Auschwitz.
Jetje Kan-Frank is in de nacht van 2 op 3 oktober 1942 uit haar huis gehaald en naar Westerbork overgebracht, terwijl haar man Andries in het Aleida Kramer ziekenhuis lag. Nadat hij voldoende hersteld was werd hij op 26 oktober 1942 eveneens naar Westerbork gebracht.
Sallandsestraat 33
In de Sallandsestraat 33 is één Stolperstein gelegd voor Rika Bierman-Meijer, geboren 13 december 1880, vermoord in Auschwitz 25 januari 1943. Rika was tijdens de razzia van 2 oktober 1942 opgenomen in het Apeldoornse Bosch, een Joods-psychiatrische instelling. In de nacht van 21 op 22 januari 1943 is de inrichting door de nazi’s ontruimd en zijn alle patiënten en een gedeelte van het personeel, op transport gezet naar Auschwitz. Samen met de andere patiënten werd zij hier bij aankomst vermoord.
Voor haar zoon Mozes Bierman, zijn vrouw Hendrika Aaltje Kooperberg en hun drie zoons, Jacob, Henry en Maurits Isidoor waren in 2014 al Stolpersteine gelegd.
Tramstraat 1, nu Sallandsestraat
In de Tramstraat 1, nu Sallandsestraat, zijn drie Stolpersteine gelegd voor:
David van Coeverden, geboren 23 februari 1877, vermoord 9 november 1942 Auschwitz,
Schoontje van Coeverden-Meijer, geboren 14 januari 1876, vermoord 9 november 1942 Auschwitz en
Betsie van Coeverden, geboren 17 maart 1915, vermoord 9 november 1942 Auschwitz.
Hun jongste zoon Samuel moest zich op 17 augustus 1942 melden voor het werkkamp te Linde. Zijn oudere broer Maurits moest met het zelfde transport en hij kreeg de opdracht van zijn vader om te zorgen dat zijn jongere broer weer goed thuis zou komen. Beide jongens hebben de oorlog overleefd. David, Schoontje en hun dochter Betsie zijn in de nacht van 2 op 3 oktober uit hun huis gehaald en naar Westerbork gebracht. Begin november gingen zij op transport naar Auschwitz waar zij alle drie bij aankomst op 9 november 1942 zijn vermoord.